DE STAD BRUGGE
|
Op de Brugse omwalling bevindt zich een van de laatste vier middeleeuwse poorten van de stad: de Gentpoort. Deze poort was van alle stadspoorten strategisch gezien wellicht het best gelegen, want van hieruit leidt de weg naar Gent. Samen met andere historische sites maakt deze poort deel uit van de Bruggemusea. De poort werd gerestaureerd en omgebouwd tot een educatief centrum, waar de bezoeker zich kan verdiepen in de defensieve functie van de omwalling doorheen de tijd. Er wordt een interactief bedieningspaneel geïnstalleerd om informatie mee te delen over de andere sites van het project Muren en Tuinen. De Gentpoort is ook het vertrekpunt van een wandel- en fietscircuit over de omwalling van Brugge. Het Minnewaterpark (ten westen van de Gentpoort) is een prachtige tuin in hartje Brugge. Het ligt aan de Katelijnevest en geeft rechtstreeks toegang tot het historische en toeristische centrum. Het Kanaaleiland, vlakbij, is speciaal ingericht om er de toeristen te verwelkomen. Het wandelcircuit door het park heeft daardoor nog aan belang gewonnen. Een van de ingangen wordt in 2013 gerenoveerd en er komt een nieuwe voetgangerstoegang en een speeltuin. Een beetje verder, aan de Katelijnevest, werden in 2011 de oevers gerestaureerd. Over een lengte van 200 meter werden de tegels van blauwe hardsteen opnieuw gebruikt en gestapeld tot een hoogte van 60 cm. De steunmuur houdt het gras op de oevers van de Katelijnevest tegen. Aan de voet van de Poertoren, op ongeveer 3 meter onder het grondniveau, in de Begijnenvest, stond het sluiswachtershuis. In de tweede helft van de 18e eeuw werd het gebruikt als woning en werkplaats van de sluiswachter van de Keizerinnestuw (dam). In het begin van de 20e eeuw werd het huis uitgebreid tot een woning in de traditionele Brugse stijl. Tot de jaren zeventig en tachtig was het huis nog bewoond en lag er naast de stadswal aan de Begijnenvest een schilderachtige moestuin, maar dan werd het een kwarteeuw lang verwaarloosd. Het gebouw opnieuw als woning gebruiken op een plek die regelmatig onder water staat, was ondenkbaar en dus werd besloten om het slopen; de tuin werd opgenomen in de groene ruimten langs de omwalling. Het perceel had een totale oppervlakte van 1510 m². Tot in de jaren tachtig werd de moestuin intensief in stand gehouden en zo werd hij een pittoreske en aantrekkelijke referentie langs de stadswallen. Vóór 2009 was de tuin moeilijk zichtbaar voor voorbijgangers, toeristen of omwonenden. Om in de moestuin te geraken moest je via een kleine deur en een steile trap van 17 stenen treden, ten westen van de Poertoren. Hij was met andere woorden ontoegankelijk. |
Dankzij het project Muren en Tuinen kon de tuin worden heraangelegd en werd hij voor iedereen toegankeijk.
|
.............................................................................................................................................................................................



























